Rooie Frank in actie
Mensen uit de wereld van de zorg houden met de grootste argwaan het gedoe van onze bloedrode minister van volksgezondheid, Frank Vandenbroucke, in het oog. De man heeft zich namelijk in het hoofd gehaald alle zorgverleners te verplichten zich met (vooralsnog slechts voorlopig goedgekeurde) vaccins te laten inenten. Weigeren ze dat, dan verliezen ze hun baan.
Op een ogenblik dat bevragingen uitwijzen dat 44% van het zorgpersoneel uit de zorg zou willen stappen, onthou je je van acties die de uitstroom nog vergroten.
Dat zou je denken.
Daarvoor is Rooie Frank echter veel te koppig.
In ongeveer alle landen van deze aardbol, zelfs in Australië waar men in de Covidcrisis een soms ronduit extremistische houding aannam, heft men de beperkingen op. Alleen Taiwan en China (zouden ze dan toch één maatschappij vormen?) houden vast aan quarantaines.
Je zou denken dat men in België dezelfde kant zou opgaan.
Rooie Frank heeft het zo niet begrepen. Hij heeft er zelfs wat op gevonden: hij wil een wet maken die pas in voege treedt als de nood misschien ooit nijpt. Ooit, in de toekomst.
Wat juristen hierop zeggen weet ik niet. Ik ben geen jurist. Maar dit lijkt een verzekeringsmanie van iemand die echt gelooft dat de mens bij machte is om zich tegen elk denkbaar euvel op voorhand te wapenen. Een soort ultieme superverzekering.
Dood en ziekte horen bij het leven, net als de mooie kanten van het leven.
Een bedenkelijke ontwikkeling
Ik kan de kritiek op mijn verhaal al horen, nog voor die is uitgesproken: het is toch goed om voorzorgen te nemen? Tenslotte heet het socialistische ziekenfonds van Antwerpen toch ook “De Voorzorg”?
Dat is juist. Het is verstandig zijn voorzorgen te nemen. Maar dan moeten de maatregelen wel in proportie zijn. Je voert geen nieuwe verplichtingen in als iedereen ze afschaft. Je gaat niet naar links, als de hele wereld de andere kant op gaat. Dan ben je een nukkige stijfhoofdige eenzaat. Bovendien: er bestaat ook nog zoiets als persoonlijke vrijheid en recht op lichamelijke integriteit. Zeker als uit studies blijkt dat de bedoelde verplichting een nogal betwistbaar effect heeft.
Meer zelfs: de maatregelen mogen geen dystopische consequenties hebben.
Dat is de vraag die oprijst wanneer we constateren dat de Wereldgezondheidsorganisatie bezig is met het installeren van een soort gezondheidswereldregering.
Onlangs werd namelijk bekend dat een aantal politici hebben opgeroepen om een pandemieverdrag te sluiten. De WGO zou alle informatie en onderzoeksresultaten over pandemieën verzamelen, coördineren, er de passende maatregelen uit afleiden en die dan vervolgens ook uitvaardigen.
In onder meer de Nederlandse Volkskrant stond de vraag te lezen of deze plannen een geniepige verdere stap naar een wereldregering zijn.
Daar lijkt het verdacht veel op, te meer omdat we allemaal weten dat een aantal steenrijke westerse oligarchen zoals Soros, Rockefeller, Gates en co best wel voor zo’n wereldregering te vinden zijn.
Mijn standpunt is dat dit een bedenkelijke ontwikkeling is.
Huxley als uiteindelijke dystopie
Ik herlas dit voorjaar het boek van Aldous Huxley: A Brave New World, vertaald als Een heerlijke nieuwe wereld.
Men kent het verhaal. In die ‘heerlijke’ nieuwe wereld is voortplanting voorwerp van totale wetenschappelijke mechanisatie geworden. De menselijke foetus groeit op in een kunstbaarmoeder, wordt automatisch gevoed en krijgt daarbij de voeding die geschikt is voor de ontwikkeling van het soort mens waartoe de foetus wordt opgekweekt. Alles is wetenschappelijk onder controle. Meters en tellers registreren elke afwijking, waardoor er meteen kan worden ingegrepen als er wat misgaat. Het hele proces levert statistieken en tabellen op die tonen dat deze kweekwijze de gelukkigste mensen oplevert.
Zo, wat kan er dan fout zijn?
Wat er fout is kan ieder lezen in het boek zelf: de man die in verzet gaat en zijn persoonlijke vrijheid opeist ziet ten langen leste geen andere uitweg meer dan zichzelf te verhangen.
Willen we echt een wereld waarin ‘experts’, gretig bijgesprongen door kortzichtige media, ons elke dag opnieuw om de oren slaan met statistieken en tabellen, waaruit blijkt dat wie tegen elke ‘wetenschappelijke redelijkheid’ in de natuurlijke baarmoeder verkiest, de vrucht blootstelt aan X percent meer kans op ziekten?
Oh ja: dat is maar een verhaal. Ja? Jammer: maar de mens lééft in verhalen! Die verhalen bepalen zijn gedrag – niet de wetenschappelijkheid. En de geschiedenis heeft de realiteit van de banaliteit van het kwaad pijnlijk aangetoond. Toen ging het ook om een verhaal…
Huxley is actueler dan ooit.
Hoe ons daartegen verzetten?
Is dit de wereld die we willen? Is dit het mensbeeld dat na 2000 jaar westerse beschaving als enige overeind blijft? Willen we een wereld die bestaat uit een amorfe, hersenloze massa, die bovendien dom genoeg is om de politiek die hen van hun menselijkheid berooft zelfs nog toe te juichen? Een massa die zich laat opjutten door kleffige media om als een troep blatende schapen de lui die van de norm afwijken uit de gemeenschap te stoten?
En vooral: wat doe je daartegen?
Toen Frederik Willem III door Napoleon verslagen was, wilde hij het bewuste burgerschap nieuw leven in blazen. Hij ging te rade bij de Duitse filosoof Wilhelm von Humboldt. Von Humboldt zette in op het onderwijssysteem. Hij vond dat de ruwe natuurlijke mens eerst moet worden opgeleid om zich als een bewust burger te gedragen. Dat moest door de kracht van de kunst en de rede. Von Humboldt was van mening dat kunst en poëzie direct verbonden zijn met het meest nobele in de mens. Daarom zijn zij het medium waarin de waarlijk ontwikkelde burger ontwaakt.
Wij hebben aan deze gedachtegang het begrip Bildung gegeven.
Dit onvertaalbare Duitse begrip doet aanvoelen dat menselijkheid alleen denkbaar is in het kader van een nobele voornaamheid, die de mens ertoe brengt van zijn eigen leven een kunstwerk te maken, het hoogst mogelijke na te streven en zijn kinderen met die boodschap op te voeden.
Deze Bildung is het, die we meer dan ooit nodig hebben.
Jaak Peeters
Mei 2022