Een verhaal
Onlangs raakte ik in gesprek met een buurman. Wat hij me vertelde, deed me de wenkbrauwen fronsen, alhoewel ik het al een paar jaar eerder had moeten weten.
Het komt erop neer dat de nieuwe Vlaamse dierenwelzijncodex bepaalt dat dierenmarkten voortaan verboden zijn. Weg die zondagmorgen, als opa met de kleinkinderen naar de jonge geitjes gaat kijken en zijn kleinkinderen de fluwelen kopjes van konijntjes laat strelen.
Dat mag niet meer.
Waarom, weet ik ook niet. Ik vermoed dat Gaia daarover een verhaal kan vertellen. Zoiets van “dieren hebben gevoel en je mag dieren niet onnodig laten lijden.”
Dat zal wel. Maar de dierenliefhebber slaat zijn dieren niet of laat ze niet lijden. Integendeel: hij praat zelfs met hen. En heus hoor: die dieren luisteren nog ook!
Dieren hebben gevoel, beste Gaia-mensen, maar dat betekent niet dat je elk mens met repressieve wetten moet overgieten.
Ontneem onze kinderen niet het plezier konijnen te strelen. De diertjes lijden daar echt niet onder en onze kinderen leren de warmte van een dier te ervaren. Ze leren er liefde voor dieren mee.
Maar toch worden dierenmarkten afgeschaft. Want er zijn er die dieren laten lijden of hen onheus behandelen.
Natuurlijk zijn er misbruiken – zoals trouwens in alle zaken waar mensen mee bezig zijn. Maar er zijn ook thuisverplegers die misbruik maken. Moeten we dan de thuisverpleging verbieden? Er worden elk jaar mensen doodgereden. Moeten we dan het autobezit verbieden?
En dan dat slachten. Lieve hemel! Ikzelf heb vele jaren lang een jong biggetje opgekweekt tot het een groot beest van ruim honderd kilo was. Ik kan het getuigen: dat diertje werd met veel zorgzaamheid gevoederd en zijn hok werd met grote regelmaat verschoond. Ik ging er zelfs eikels voor rapen: daar zijn varkens dol op.
En ja, als de tijd gekomen was, begin december meestal, kwam de slachter. Die schoot het beest in één klap dood zodat het als een blok neerviel, waarna alle manipulaties die bij het slachten horen plaatsvonden. Net zoals in een slachthuis. Maar zonder controlerende instanties.
Maar thuis slachten mag niet meer…
Een foute insteek
Dit is een verhaal, geachte lezer, dat voor een belangrijk deel op ware feiten berust. Maar vooral: het leert iets over de huidige werkelijkheid van het leven.
Mensen en dieren verschillen niet zo heel veel van elkaar. Er is niets mis mee dat mensen en dieren met elkaar omgaan. En dus moet je dieren kunnen houden als je daarvoor de ruimte hebt. Je moet ermee mogen omgaan. Dat is goed voor het dier. En het is goed voor de jeugd, die beter de werkelijkheid van het leven ervaart en dieren kan leren waarderen.
Men gaat echter te gemakkelijk uit van de veelal commerciële misbruiken die men overal meent waar te nemen. En die misbruiken zijn er, ongetwijfeld. Maar dat te constateren is niet voldoende om wetten te maken vanuit het kennelijke idee dat mensen per definitie geneigd zijn dieren te mishandelen. Men moet veeleer de commercie beter ordenen.
Het probleem is altijd weer hetzelfde: maken we wetten die uitgaan van een principieel wantrouwen, of brengen we mensen respect voor het dier bij en vertrouwen we er op dat de meerderheid zich fatsoenlijk zal gedragen? Volstaat de gewone wetgeving in dat geval niet?
Leren kinderen burgerschap?
De nieuwe Vlaamse dierencodex is slechts een flauw voorbeeld van een trend die zich op alle vlakken van het leven steeds meer laat voelen: controle op alles en iedereen en dreiging met bestraffing voor wie niet binnen de lijntjes loopt.
Terwijl dit geschreven werd, was is er in het Belgisch parlement een marathonvergadering gaande over het invoeren van een elektronisch systeem dat mogelijke anomaliën in de inkomstenaangifte automatisch aanwijst.
De tegenstanders wijzen erop dat de modale burger hierdoor per definitie als een verdachte wordt opgevat. Iedereen kan met zijn belastingen knoeien en dus moet iedereen gecontroleerd worden.
Dat is totale criminalisatie.
De zaak gaat echter veel verder: is dat soort feiten geen teken van een diepe malaise in het denken over burgerschap? De normale burger zou toch moeten doordrongen zijn van de idee dat belastingen dienen voor het algemeen belang en dat iedereen naar best vermogen moet bijdragen? Is niet dàt het echte normale?
Maar leren we onze opgroeiende kinderen zulk burgerschap wel aan? Want uit zichzelf zullen ze dat wel nooit leren, al zeker niet in onze egoïsche maatschappij waaruit waarden zoals menselijke warmte en belangloze sociale zin naar de zijlijn zijn verdreven.
Het volstaat niet om jongelui op hun 18e een andere identiteitskaart te overhandigen en hen vervolgens te vertellen dat ze voortaan ‘volwassen’ zijn. Zulke ingrepen veranderen niets in de psyche van de betrokkenen.
Normaal gesproken rust op de volwassenen de plicht om de jeugd naar de volwassenheid te begeleiden. Gebeurt dat? Worden ouders en leerkrachten daartoe aangezet, aangemoedigd en bijgestaan? Of laten we de dingen te veel op hun beloop, waarbij onze jongeren de makkelijke slachtoffers van een gewiekste alles overspoelende reclame worden?
Naar de verantwoordelijke burger
En de EU: die maakt er een heus potje van.
Omdat er via sociale media openingen kunnen zijn die misbruik van kinderen mogelijk maken, moet voortaan elke medeling op sociale media gecontroleerd worden. Dit is het einde van het digitale briefgeheim. Wat zal het volgende zijn?
Eenzelfde verhaal betreft de Digital Services Act: alle producten in de EU moeten op hun veiligheid worden getoetst. Ook publicaties. Hoezo, veiligheid in publicaties? En daar verschijnt dan alweer dezelfde remedie: algehele controle.
Het resultaat is een algehele surveillancestaat waarin iedereen principieel verdacht is, en de voorlopige onschuld bewezen moet worden door het tot op dat ogenblik ontbreken van enig verdacht feit.
Het uitgangspunt moet echter zijn: de modale mens is pincipieel onschuldig, omdat hij een verantwoordelijk burger is.
Dat het beleid van vandaag überhaupt mogelijk is, is mede het gevolg van een verregaande onwetendheid bij de bevolking. Die heeft de kernbeginselen van het burgerschap niet geleerd en kan ze dus ook niet toepassen. Meer zelfs: het idee dat we zouden moeten hebben over de moderne, verantwoordelijke burger, is niet eens duidelijk omschreven – en kan dus eenvoudigweg niet worden aangeleerd.
Hooggestemd?
Opvoeden tot verantwoordelijk burgerschap: is dat niet te romantisch? Onrealistisch? Onmogelijk zelfs?
Ik beken dat ik met enige jaloersheid naar het Oosten kijk: dat Oosten met zijn confuncianistische ingesteldheid.
Wat dat is?
Als ik Hans Joachim Störig mag geloven is confucianisme niets anders dan het zedelijke principe dat iedereen wel kent: doe een ander niet, wat je niet wenst dat jou wordt aangedaan. In maatschappelijke termen vertaald: handel zo dat iedereen er beter van kan worden.
Voor mensen uit de liberaal-kapitalistische wereld klinkt dat onwezenlijk. Ieder moet toch zorgen voor zijn eigen zaken? Eidoch! Wie schreef het weer: kapitalisme betekent dat wie er last van heeft dat hij de spijker is waarop de hamer klopt, ervoor moet zorgen zelf de hamer te worden…
Is dat echt de enige optie?
Is de stelling die hier ingenomen wordt niet wat hooggestemd? Neen hoor: in de eeuwen die achter ons liggen bestond die hoogestemdheid ook al. Ze stond beschreven in het gedrag dat men van de christelijke mens verwachtte. En ja: er werd duchtig gezondigd, door alle partijen. Maar alles bleef al bij al onder controle. En het ideaalbeeld bleef overeind. Dat ideaalbeeld werd samengevat in één simpel woordje: naastenliefde.
Men kan er lang over mijmeren, maar in mijn visie loopt er een directe lijn van die zogenaamd hooggestemde naastenliefde naar een moderne staat waarin de verantwoordelijke burger de norm is. Naastenliefde komt tot volle wasdom in het gedrag van de man of vrouw die zich als een verantwoordelijk burger gedraagt. Naastenliefde is geen dromerig, naiëve ingesteldheid. Het is een bewuste sociale positie.
Dat is naastenliefde anno 2025.
Een onvolledige Verlichting
De Verlichting was bij de aanvang niet bedoeld voor het plebs. Het was de eis van een intelligentsia die tegenover kerk en adel vrijeheid van spreken eiste. De groep mensen die deze eis stelde, bestond uit lieden die zichzelf ‘verlicht’ achtten. Dat wil zeggen: ze eisten het recht op om op eigen gezag gebruik te maken van de rede en hun logische verstand om ‘het licht te laten schijnen’.
Laten we eens nagaan wat Verlichting in deze tijd zou kunnen betekenen.
De vrijheid van denken en spreken ten aanzien van een kerk of de adel is verworven. Maar betekent dat ook dat iedereen zomaar kan zeggen en schrijven wat hij wil? Of vrijelijk tot alle informatie toegang heeft?
Dat is minder duidelijk. Sommige dingen mogen echt niet worden gezegd of zelfs gedacht, want er is een maatschappelijke strekking die haar dwingende normen stelt. Er is, kort gezegd, nog steeds de druk naar een pensée unique en er is nog steeds beperking op zeggen, schrijven en zelfs denken.
De pers is maar heel gedeeltelijk vrij en media liggen nog steeds onder censuur – als ze die al niet zelf toepassen, bijvoorbeeld in lezersbrieven of in geframde artikelen. We worden overspoeld door woke-achtige bepalingen; onze schrijfsels ontsnappen niet aan censuur – en heus niet alleen vanwege de EU. Mensen als Mathias Desmet werden bedreigd met broodroof en anderen ondergingen die zelfs.
Verlichting begint bij het denken van het individu, maar kan maar tot wasdom komen in de openbare praktijk, waar het verlichte denken vervolgens de dingen in de samenleving kan veranderen. Hier verschijnt de figuur van de verantwoordelijke burger.
Dat is vanzelfsprekend niet naar de zin van de talloze machtsgroepen die onze maatschappij rijk is. Die groepen hebben geen boodschap aan het loslopend wild van de vrije, zelfstandig denkende burger. Ze hebben liever lieden die in de pas lopen.
De Verlichting heeft dus twee essentiële aspecten: wie spreekt en schrijft moet dat in eer en geweten en naar waarheid kunnen doen. Maar de producten van dat vrije denken moeten vrij kunnen circuleren binnen de maatschappij. Het eindresultaat is de dominantie van de verantwoordelijke burger. Dat zien we jammer genoeg helemaal niet en dat is zeker niet wat iemand als Spinoza voor ogen stond.
De conclusie is dat de Verlichting niet ten volle tot ontwikkeling is gekomen.
Het gevolg hiervan is dat de volheid van de Verlichting de massa’s van vandaag niet echt heeft bereikt. Niet dat die massa’s niet werden geschoold. Integendeel. Maar ze werden geschoold om te functioneren in een maatschappelijk systeem dat slechts heel beperkt spoort met het beeld van de volwaardige burger, zoals die in de dromen van de Verlichters bestond.
De Verlichting is dus misgelopen. Of afgebroken, voor wie dat liever hoort.
De consequentie is enorm. Niet de vrij denkende, volwaardige, gedisciplineerde burger is dominant geworden, maar onze maatschappij wemelt van een soort moderne versie van Halbstarken, die zowel de bron als het slachtoffer zijn van censurerende, controlerende en dominerende overheden van allerlei slag, waarmee zij gedeeltelijk collaboreren en waarvoor zij gedeeltelijk de ogen sluiten.
De lege ruimte en de big brother
Doordat de tot ons gekomen Verlichting maar halslachtig functioneert, wordt de impact van de verlichte vrij denkende en oordelende burger sterk begrensd. Hij is niet in de mogelijkheid de ziel van de maatschappij te vormen.
Die toestand geeft geen voldoening. Er is geen rode draad die de leden van de maatschappij richt. Het is een heuse kakafonie. Het is een rommeltje geworden. Iederen doet maar wat.
Maar in deze moderne tijd hebben we behoefte aan een moderne, verantwoordelijke staatsburger. Des te meer omdat de normen en waarden in onze tijd in zowat elk opzicht op de helling staan.
Dat de normen bekritiseerd worden is op zich geen probleem, zolang de maatschappij gedragen wordt door lieden van gehalte, dit wil zeggen gedisciplineerde burgers die de verantwoordelijkheid willen en kunnen dragen voor de toekomst van die maatschappij en bovendien voldoende in gewicht zijn.
Als daaraan niet is voldaan, gaapt er onvermijdelijk een leegte, die ook van morele aard is. Een dergelijke leegte schreeuwt om maatschappelijke rechtvaardigheid, want een wereld van verwarring en egoïsme is ondraaglijk, schept onzekerheid, is ‘grenzeloos zuchtig’ en roept angst op.
In een wereld waarin de disciplinering niet door de verlichten plaatsvindt, neemt de staat of Europa de disciplinering over.
We zijn dan ook in een wereld van regels en nog eens regels aanbeland, omdat een goede gedragshouding door regels nooit voldoende kan worden afgedwongen. Dus zijn er altijd weer nieuwe regels nodig. De naleving van die diarree aan regels noopt vervolgens tot steeds verdergaande opvolging en dus tot de installatie van een aanzwellend leger van controlerende ambtenaren, inclusief het inzetten van AI.
In die maatschappij is de vrije mens zélf een bedreiging. Daarom zijn er regels nodig om die demonische dreiging te bedwingen: het ongewenst protest en de afwijkende meningen. De liberale vrijheid moet onder controle worden gehouden. Uiteindelijk draait dat uit op mediamanipulatie, om staatscontrole op ons gedrag, op puur bedrog zoals het geval was met de bespottelijke heisa van de zogenaamde Russische drones.
En omdat de verantwoordelijke burger niet de dominerende norm is, is iedereen als vanzelf verdacht.
We scheppen zélf de gehate Big Brother.
Neen: we hebben niet meer wetten en controle nodig en evenmin repressie. We hebben grote behoefte aan zelfbewuste, verantwoordelijke burgers, die doordrongen zijn van het besef dat we allemaal samen in de samenleving voor elkaar verantwoordelijkheid moeten opnemen.
Jaak Peeters
November 2025
Wat mij telkens opnieuw zo opvalt bij deze lange lijst van onze maatschappelijke problemen is het volgende:
Geen enkele van die problemen bestaat in China. Niet één.
Een kort lijstje van de problemen waarmee we hier in Vlaanderen worstelen:
economische neergang,
morele achteruitgang,
afbraak van de sociale cohesie,
verwaarlozing van ouderen en kinderen,
politieke instabiliteit,
alomtegenwoordige propaganda,
verlies van besteedbaar inkomen,
ongebreidelde verhoging van de belastingen,
explosieve energiekosten,
algemene verarming,
toenemend aantal daklozen,
verouderd, nutteloos leger,
sterke stijging van het aantal zelfmoorden,
drugsmisbruik,
terrorisme en misdaad,
tekort aan democratie,
laat-maar-waaien -cultuur,
woke cultuur,
politieke correctheid,
LGBTQ+ hype,
klimaat paniek,
moslim verwennerij,
ongebreidelde immigratie,
inclusiviteits-dwang,
EQ aanbidding en IQ belachelijk maken,
de “angstporno” (het is allemaal jouw schuld),
culturele toe-eigening,
Cancelcultuur (afrekencultuur)
tatoeage cultuur,
analfabetisme,
sterke daling van het opleidingsniveau,
ontrouwe, oneerlijke reguliere media,
vermindering van de levensverwachting,
hopeloosheid, gebrek aan een stabiele toekomst voor de volgende generatie, …
Ik ben net terug van een zes weken reis van Noord tot Zuid in China. Ik heb daar met bijna twee dozijn vrienden en kennissen gesproken. Ik heb daar niet één van die problemen gehoord of gezien.