Het gelijk van Rik Torfs

Zeer onlangs schreef Rik Torfs dat er naast corona ook nog andere belangrijke dingen bestaan, waar we nu in deze felle mediatieke heisa aan voorbij gaan.

 

Eén van die dingen die haast volledig tussen de plooien is gevallen is de zaak van de eurobonds. Dat zijn een soort staatsobligaties die centraal in één EU-zak opgenomen worden en dan vervolgens door individuele staten kunnen beleend worden. Naar aanleiding van de corona-zaak sprak men over corona-obligaties.

Het is opmerkelijk dat haast niemand de werkelijke betekenis van dit fatale mechanisme belangrijk genoeg acht om er een grondig commentaar aan te wijden.

Als Vlamingen weten we toch maar al te goed wat zo’n gemeenschappelijke centrale pot betekent: jaarlijks terugkerende miljardentransfers die als solidariteit worden voorgesteld? Het is nuttig erop te wijzen dat tijdens de corona-crisis zowel vanuit Italië als vanuit Spanje het woord solidariteit luid werd geroepen. Dat moet toch opvallen?

Er zit nog iets anders vast aan dit mechanisme, waardoor het een inderdaad fataal karakter krijgt. Een dergelijk systeem verschaft de Europese commissie ontzettend veel macht over de lidstaten die daardoor in feite herleid worden tot provincies – hetgeen iemand als Mark Eyskens ooit als gewenst doel vooropstelde. Die Europese obligaties vormen een directe aanslag op de soevereiniteit van de lidstaten. De EU commissie beslist immers over de verdeling van het geld in de pot. Staatsmacht is de macht om over de besteding van het geld te beslissen. De EU voert een staatsgreep uit.

 

Er is nog iets anders.

Ik daag eenieder uit om de EU-webstekken te openen. Men zal zien hoe overal en altijd het Engels de eerste taal is en dat geldt ook voor haar actieprogramma’s of nevenorganisaties, zoals ESA. Op zich zou men nog kunnen argumenteren voor één gemeenschappelijke centrale taal – hoewel! Maar dan mocht dat niet het Engels zijn. Dat komt omdat het Engels overal in onze landen van onderen uit op oprukt. Let maar eens op de aanduidingen op vrachtwagens. Logistics vervangt logistiek – ook als het binnenlands is. Kijk een naar de naam van allerhande producten? Zelfs waspoeders krijgen een Engelse naam. Dan zwijgen we over de verengelsing in het onderwijs, de industrie, het zakenleven in het algemeen. Wat dat concreet betekent heeft nog heel onlangs Prof. Vanden berghe in een bijdrage van de VVB beschreven (Nieuwsbrief 4/4/2020)

Welnu: de EU verleent door haar eigen gedrag aan deze verengelsing een legitimatie en versterkt ze.

Er lopen er rond die dat niet belangrijk vinden – sommige jongeren worden in die zin zelfs opgeleid -, maar wie vandaag niet weet hoezeer deze gang van zaken ingaat tegen onze eigen recente geschiedenis, hoort er beschaamd het zwijgen toe te doen.

 

Ziehier dus twee fundamentele ontwikkelingen, die direct met de EU geassocieerd zijn: verlies van onze vrijheid en het verlies van een belangrijk deel van onze identiteit.

 

Corona is belangrijk. Vele mensen denken dat ze belangrijker is dan al de rest. Ze geloven namelijk dat het in leven blijven de eerste en grootste waarde is. Ze plaatsen het leven tegenover de dood en dan kies je vanzelfsprekend voor het leven.

 

Mijn stelling is dat de europeanisering, zoals die zich thans voltrekt, haast even gevaarlijk is als corona voor het fysisch overleven.

Het is namelijk een verkeerde gedachte het fysisch in leven zijn op zichzelf te beschouwen. Anders gezegd: als iemand sterft, dan sterft er niet alleen een lichaam. Een lichaam is een biochemische machine. Maar er sterft veel meer: er sterft een hele wereld van betekenissen die de overledene maakte tot een unieke persoon. Wij danken onze uniekheid immers niet aan ons lichaam, wat biochemisch zijn alle menselijke lichamen vrijwel gelijk. Wat ons uniek maakt is wat we denken, weten, beleven, ervaren en wat we geleerd hebben, wie we zijn en geworden zijn. Datgene dus wat ik samenvat als “wereld van betekenissen”. De fout die vele Vlaamse en Nederlandse identiteitsdenkers maken is dezelfde als die ik al in een bijdrage uit juli 2011 in Doorstroming aanpakte: een mens is geen leeg vat waarin je vervolgens een hoeveelheid identiteit giet. Bart De Wever schijnt dat overigens ook te denken. Wij zijn onze identiteit.

Als de EU ons de vrijheid en onze taal ontneemt, dan ontneemt zij ons een essentieel deel van onze wereld van betekenissen. In werkelijkheid veroorzaakt zij daarmee een stervensproces – niet fysisch, maar wel menselijk,.

De gedachte die zich hierbij onmiddellijk opdringt is deze van de grens, want die omschrijft wie we zijn en niet zijn. De grote mantra van de EU luidt, in alle opzichten en steeds weer: “ontgrenzing”. Maar deze blijkt dus uit te lopen op een culturele en politieke doodslag. Hier sluit ik aan bij Eric Kaufmann, die al in 2009 in een essay schreef dat politieke structuren die niet door als natuurlijk aangevoelde grenzen (Kaufmann sprak hierbij over etnische grenzen) worden beperkt, van nature imperialistisch dreigen te worden.

De EU heeft geen natuurlijke grens. Dan is er ook geen houden aan: de machtigen zullen altijd streven naar een vergroting van hun machtsgebied. Politiek betekent dat het volledige einde van de soevereiniteit van de volkeren en menselijk is dat de ene aanslag na de andere op onze wereld van betekenissen, in naam van een fictieve Europese nationale identiteit. Ook dat zou Vlamingen duidelijk moeten zijn. Toch zijn er vooraanstaande politici die schrijven dat de Vlaamse identiteit Europees kan worden.

 

Naast de oude vraag naar de democratische natuur van de EU is hier dus iets fundamenteels aan de orde, dat wellicht even belangrijk is als het overleven van een aanval van corona. Deze discussie wordt gewoon niet gevoerd. Maar zouden we over zoiets belangrijks niet eerst een maatschappelijk debat houden?

 

Ja hoor: Rik Torfs heeft gelijk.

Er is nog veel meer aan de hand dan de corona-kwestie.

 

 

Jaak Peeters

April 2020