Vreemde dingen

 

Of een vakantie deugddoend is, hangt af van de eisen die iemand vooraf gesteld had. Maar een vakantie doet doorgaans sommige dingen beter in perspectief zien.

Dat bijstellen van het perspectief wordt gewoonlijk bovendien geholpen door het lezen van enkele boeken. Vakantietijd is voor vele mensen ook leestijd. Boeken lezen waar je anders niet aan toe komt.

En ja hoor: na de vakantie van 2012 rijzen alweer vragen op over vreemde toestanden en feiten in het land der vaderen.

Bijvoorbeeld waarom nergens, maar dan ook: nergens, in de Vlaamse pers het boek van Anke Van dermeersch besproken werd. “Hoer noch slavin” wordt door professor Hans Jansen nochtans met lof besproken. De man, zelf islamist, noemt het “een goed boek”. Och ja: Van dermeersch is niet de enige auteur aan wie de zelfingenomen politiek correcte meute in het Vlaanderen van vandaag meesmuilend voorbijwandelt. Neem nu de geschriften van Jan Huybrechts, bijvoorbeeld.  Dat is een auteur aan wiens kennis vele Brigittes Raskin een flink puntje zouden kunnen zuigen. Maar geen woord. Niet één. Heel terecht noemt Hans Jansen de politieke cultuur in Vlaanderen verziekt. Welk redelijk argument kan iemand aanvoeren om de geschriften van een auteur onder een taboe te leggen, alleen maar omdat die auteur geassocieerd is met een partij, waarmee men het niet eens is?

Het is duidelijk dat Vlaanderen over democratie nog alles moet leren.

Mijn persoonlijk standpunt is dat het huidige Vlaams Belang voor de verdere ontvoogding van Vlaanderen niets meer kan aanleveren.

Dat komt omdat de partij zichzelf, vooral in het buitenland, buitenspel heeft gezet: ze heeft zichzelf als erg rechts neergezet en zich daarmee de haat op de hals gehaald van zowat de halve Europese intellectuele en politieke “elite”. Het gebruik van de term elite verwijst, wat mij betreft, voorzeker niet naar mijn ware kwalificatie van deze groep. Deze groep noemt namelijk zichzélf een elite – enige aanmatiging is des mensen, moet u weten.

Maar de feiten zijn wat ze zijn, en dus heeft de leiding van die partij zichzelf in een hoekje geplaatst.

Erger is de associatie van de Vlaamse ontvoogdingsidee met het overigens veel te vage begrip “rechts”. Die associatie is niet alleen niet juist – de meeste nationalistische bewegingen zijn veeleer links -, maar ze legt een schaduw op een beweging die als ontvoogdingsbeweging door – en – door democratisch is, want gericht tegen de traditionele machthebbers. De partij heeft het haar vijanden echt veel te gemakkelijk gemaakt. En Vlaanderen veel moeilijker.

Democratie is in Europa altijd een dosis tegendraadsheid. Vooral in Europa, al zal die uitspraak velen tegenstaan. Doorheen de geschiedenis van dit continent hebben immers altijd opnieuw heersers gemeend dat zij door God gezonden waren om over hun medemensen te heersen en die voor te schrijven wat hen te doen en vooral te laten stond.

Het begon allemaal met de Romeinse bezetting, die ik ooit “het meest macabere imperialisme dat de planeet ooit heeft geteisterd” heb genoemd. Nu, vele jaren later, ben ik meer dan ooit van de correctheid van deze kwalificatie overtuigd. Hun imperiale heersersgeest werd overgenomen door de Franken, later door de Franse koningen, de Habsburgers, het Heilig Roomse Rijk , altijd bijgestaan door de Roomse kerk en meer dan één keer zelfs in concurrentie met deze kerk.

De heersersgedachte die Europa zonodig als één geheel wilde zien, vond haar filosofische pendant in het Platonisme, dat één van de dominante filosofische stromingen van het continent werd. Iemand schreef zelfs dat de hele westerse filosofie slechts een voetnoot bij Plato is. Wie zich wat verdiept in de Oosterse filosofie, bijvoorbeeld, merkt meteen hoe gedateerd en gelocaliseerd die Platonische filosofie is. De Platonische opvattingen nu zijn fundamenteel hiërarchisch. Ze staan wezenlijk vierkant tegenover de democratie. Het is geen wonder dat Plato van de democratie niet wou weten.

Koningen en keizers hebben eeuwenlang deze hiërarchische denkwijzen volgehouden, daarbij soms door filosofen gesteund. Men denke maar aan Thomas Hobbes.

Pas sinds de sociale ontvoogding – we schrijven inmiddels de twintigste eeuw op het bord – breekt een massale ontvoogding door. Een verschijnsel dat vele intellectuelen trouwens deed opschrikken, en waarvoor mensen als Benda, Freud en Ortega Y Gasset waarschuwden.

Toch valt het nog te bezien of hun jammerkreten niet veeleer een teken van onbegrip waren. Want de sociale ontvoogding trok in haar spoor ook de intellectuele ontvoogding mee: de leerplicht, intussen al opgetrokken tot achttien. En de politieke ontvoogding.

Laten we wel wezen: nooit eerder in de geschiedenis hebben zoveel mensen met zoveel kennis zoveel sociale, intellectuele en politieke ruimte gehad.

We zouden dus moeten juichen, want zodoende heeft de democratie nooit de kansen gekregen, die ze vandaag heeft.

Maar helaas lijkt het erop dat de nazaten van de imperiale heersersgroepen in dit continent of niet bij de tijd zijn en dus de tekenen van de tijd niet begrijpen, ofwel die tekenen niet willen aanvaarden.

Ze produceren dan een Europa dat volgens de analyses van Thierry Baudet, Mudde en anderen de democratie ten gronde onderuit haalt ten voordele van een technocratisch regime. Ze worden daarbij driftig bijgestaan door locale intellectuele beambten – zo moet me ze toch noemen?- die een hele maatschappelijke strekking in een cordon menen te mogen opsluiten.

En dus de publicatie van goede boeken verhinderen.

Partijpolitiek is machtspolitiek. Het is niet zo dat eerst de principes komen en vervolgens de macht. Het is omgekeerd, hetgeen voor vele Vlamingen nogal moeilijk te vatten is. Vlamingen hebben altijd in een zwakke positie geleefd en hadden geen andere mogelijkheid dan een beroep te doen op de universele regels van rechtvaardigheid. Doch deze laatste telt niet in de politiek. Je moet de macht hebben, zoveel mogelijk en vervolgens kun je de dingen naar je eigen hand zetten, volgens je eigen principes.

Naar mijn smaak is dat ook de vergissing die vele goedmenenden in het huidige Vlaams Belang maken: het heeft geen zin te strijden voor je gelijk – ook al héb je dat.  En zodoende spelen ze het spel niet goed. Je moet zo handelen dat je de macht in handen hebt. Dewever heeft dat begrepen. Hij heeft vermoedelijk Macchiavelli gelezen. En hij is bij de tijd. En die tijd is rijp.

Spreek ik mezelf nu tegen? Want wie het machtsspelletje speelt, hijst zich in de positie van de hiërarchisch denkende heersers en wordt dus zelf vergiftigd – de kritiek aan het adres van zogeheten participationisten. Tja: wie bij de hond slaapt, krijgt zijn luizen. Maar dàn begint ook het pas, als de luizen naar je toekomen. Dàn pas luidt het uur van de waarheid: hoe consequent zullen de nieuwe machthebbers van hun macht gebruik maken om hun principes te doen gelden? N-VA staat dus voor een loodzware opdracht.

Pas na zo’n – dringend noodzakelijke – machtswisseling zal duidelijk worden of de democratie echt vooruit kan. Of goede boeken van auteurs die geassocieerd zijn met het Vlaams Belang een eerlijke kans krijgen, bijvoorbeeld.

 

Jaak Peeters

September 2012

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *