Guy Tegenbos schreef in ‘zijn’ krant een cursiefje waarin hij aankloeg dat de overheden van dit land niet bij machte blijken om de openbare financiën zo ver te saneren, dat de gewone ontvangsten volstaan om de lopende uitgaven te dekken. Daarom moet de overheid lenen om consumptie te bekostigen. Lenen om te investeren is verantwoord, schrijft Tegenbos, maar lenen om ‘op te eten’ niet. Het is nu al zo ver dat de Belgische staat moet lenen over een periode van 100 jaren. Wij lenen wat onze achterkleinkinderen zullen moeten terugbetalen.
Hallucinant, zegt Tegenbos.
Intussen rolt de politiek vechtend over de straat. Over biomassacentrales en wat al meer. En intussen ontbreekt elk groots, bezielend project, schrijft de auteur nog.
Natuurlijk heeft Tegenbos gelijk.
De overheden van dit land hebben in het verleden veel te veel geleend om uitgaven mogelijk te maken, waarvoor toen redelijkerwijze geen geld was. We zijn ‘op de poef’ gaan leven.
Mijn vraag is evenwel: hoe komt dat? Hoe is een dergelijke toestand kunnen ontstaan? En vooral: wat is de ware kwaal waaraan we lijden? De ware oorzaak ook, waarom geen enkele regering bij machte blijkt om meer te doen dat wat in de marge te rommelen?
Het ware probleem is, naar mijn oordeel, onze ziekelijke hang naar het kortzichtige eigenbelang. Het ontbreekt ons te enenmale aan wat de Britse sociaaldemocraat David Miller noemt: identificatie met de gemeenschap. Alleen in een gemeenschap waarvan de leden zich op een minimale wijze met elkaar identificeren en dus oog hebben voor zoiets als een algemeen belang, kan de wil ontstaan om samen een probleem op te lossen. Er moet een minimum aan wij-gevoel bestaan, sterk genoeg om groepsbelangen te overstijgen.
Dat is er niet.
Zoals ik eerder in deze reeks al heb gesteld is de staatskas vooral een graaipot voor allerlei groepen en belangen. Voorbeeld: een bepaald gewest (er zijn er 13 in Vlaanderen) van één organisatie voor thuisverpleging belegde 87 miljoen euro in onroerend goed. Waar komt dat geld vandaan? Uit de nationale sociale kas, natuurlijk. Dat geld is helemaal niet bestemd voor belegging in onroerend goed of in wat dan ook. Gelooft er iemand dat die 87 miljoen intussen zijn teruggestort?
Telkens de regering een ietsje-pietsje wil morrelen aan de gevestigde belangen staat iedereen op de achterste poten.
We zijn overigens zelf mede debet aan het ontstaan van deze graaipotcultuur. Wie betaalt er vrijwillig BTW als de klusjesman afrekent? En wie neemt die bouwgrond niet gretig aan als vader stopt met boeren en zijn grond verdeelt onder zijn kinderen als bouwgrond – ook al ligt die grond naast een N-weg?
Met een beetje goede wil verzint iedereen tal van voorbeelden.
Natuurlijk: wij hebben onze geschiedenis tegen. Een geschiedenis van bezettingen en ondergeschiktheid is geen goede grond om een besef van verantwoordelijkheid voor het gemeenschappelijk belang te laten ontkiemen.
Maar Vlaanderen is intussen levend en wel sinds een kwart eeuw. Er zou iets mogen gaan veranderen.
Klassiekerwijze schiet men maar op de politiek. Die grijpt namelijk niet in. Ze saneert niet, doch verliest zich in vaak partijpolitieke spelletjes over biomassacentrales enzovoorts.
Dit soort spelletjes zal nooit verdwijnen – reken daar maar niet op. Maar het erge is, naar mijn idee, dat de politiek gewoon niet anders meer kan dan wat prutsen in de marge. Alles zit vastgeroest, overal staan de stekels rechtop, gelijk wat de politiek onderneemt: er is altijd verzet. Gevolg: de politiek is machteloos. De politicus die toch wat onderneemt krijgt zoveel tegenwind, dat hij en zijn partij de boeken kunnen sluiten. Niemand pleegt voor zijn plezier politieke zelfmoord.
Tegelijk met onze politiek hebben we echter ook onze democratie uitgehold. Want als we ons belang willen behartigen moeten we niet op een machteloze politiek rekenen, maar ons aansluiten bij een of andere belangengroep. Men vergoelijkt dit als democratische tegenmacht. Sommigen dromen zelfs over democratisch kapitaal! Je moet er maar opkomen. We komen zo in de Hobbesiaanse wereld van allen tegen allen terecht.
Europa tikt ons op de vingers omdat we te veel schuld maken.
Met permissie: Europa moet niet te hoog van de toren blazen.
Ten eerste: datzelfde Europa bestaat uit lieden die veelal afkomstig zijn uit de nationale politiek en dus veel, vaak héél veel boter op hun hoofd hebben en bijgevolg nu beter een toontje lager zouden zingen.
Ten tweede: keuren, afkeuren en commanderen is gemakkelijk als men zelf geen verantwoording moet afleggen. Want kom niet vertellen dat Europa aan de bevolking verantwoording moet afleggen! Europa schuift de schuld gewoon altijd af op de nationale regeringen, die vervolgens de pot hebben uitgelikt.
Ten derde: als Europa die genoemde verantwoording zou moeten afleggen, zou het zeer snel in dezelfde schoenen zitten als de nationale regeringen en dus even machteloos zijn. Een Europees wij-gevoel is nog verder van huis dan een tenminste nog herkenbaar nationaal ‘wij’. We zien hoe Europa nu al ‘belobbyt’ wordt. En we kijken werkeloos toe.
Stilaan dringt de harde keuze zich op: ofwel leggen we de beslissingsmacht bij een boven alles verheven macht en leveren we onze democratie in. Ofwel keren we terug naar onze democratie en cultiveren we weer het door extreemlinks gehate wij-gevoel.
Deze keuze is fundamenteel, maar zou ze echt zo moeilijk zijn?
Jaak Peeters
Mei 2016
Geachte, dit samenraapsel van “land” is in 1831 ontstaan uit bedrog en met bedrog. Met het gestolen geld van Willem van Oranje werd door een bende gelukzoekers, avonturiers, machtswellustelingen.en oorlogszuchtige geweldenaars, iedereen VERPLICHT Belg te zijn. Indien toen een referendum had mogelijk geweest, dan was deze zwansstaat nooit tot stand gekomen. Bovendien zouden de Nederlanden van toen, met thans een bevolking van bijna 30 miljoen inwoners, een zwaargewicht in Europa zijn geweest. Op gebied van waterwerken zijn de ondernemingen uit Holland (Nederland van het noorden) en Vlaanderen (Nederland van het zuiden) op dit ogenblik veruit en wereldwijd de onovertroffen kampioenen. Wat zou dit geweest zijn indien De Nederlanden één geheel waren gebleven.
Limburg; Brabant, West- en Zeeuws-Vlaanderen waren zonder de kunstmatige grens nog altijd één geheel.
De eerste Bank in dit “land” (Société Général) is met het gestolen geld, zoals hierboven vermeld, ontstaan.
De grote oorzaak van alle bedrog, is het bedrog van 1831. Hierin zijn alle geledingen van de maatschappij betrokken. De kerk die zijn bezittingen kwijt speelde onder Napoleon. Uit dankbaarheid voor de “nieuwe” beleidsvoerders die hen compenseerden door levenslang de bedienaars van de katholieke godsdienst te betalen (wedden en pensioenen), werden zij de sleppendragers .van het beleid. De adel die de kerkelijke gronden onder het Napoleontische beleid voor een appel en een ei had verworven, mocht die behouden. Verantwoordelijke postjes in de administratie, magistratuur en gerecht enz. werden toebedeeld aan degenen die zich als trouwe lakei van het nieuwe bewind hadden bekeerd. Om dat bestel en deze structuur in stand te houden, is tot op de dag van vandaag niet anders gedaan dan gesjoemeld. Men ziet het soms niet of men wil het niet zien. Wanneer iemand in het havengebied, werk geeft aan niet-havenarbeiders, omdat het werk betreft dat niets met zware havenarbeid te maken heeft (in dozen steken van BH’s), dan komen de vakbonden in actie … (die zwart geld hebben in belastingsparadijzen) om dat te verhinderen. Ze zijn voorstanders van de Witte Kassa in de Horeca, maar zijn ook voorstander van hun Zwarte kassa van de vakbond. Geen toegankelijke en controleerbare boekhouding, geen verantwoording… Duidelijker voorbeeld is het zoeken van Verhofstadt naar een rechter die het Vlaams Blok wilde veroordelen als racistische partij …. omdat het Blok voorstander is om die onstaat op te heffen. In de magistratuur zat en zit het nog steeds vol met nobiljons uit geslachten die collaboreerden met de schurken van 1830 en 1831. Alle taalmiserie tot op heden mag op het conto van 1830/1831 geschreven worden. Er is geen facet uit de samenleving dat hier niet mee te maken heeft. Ik wil niet verder ingaan in deze materie omdat ik via studie en opzoeking nog dagelijks meer en meer ontdek, te weet kom, ervaar. en dergelijke meer. Tot slot. Als de monarchie de lijm is die deze staat “samen” houdt, dan begrijpt iedereen dat als deze lijm niet meer houdt, dat de rest dat ook niet meer doet. Een goede verstaander heeft genoeg aan een half woord..