“Veel te hoog ingezet’

Ik verslikte me haast, toen ik onder het verorberen van mijn zondagse croissantjes deze uitspraak van de fractieleider van “Groen” in het Vlaams Parlement las. ‘N-VA heeft veel te hoog ingezet’

Hoezo? Te hoog ingezet?

De partij van Dewever had beloofd om de begroting van de Belgische staat tegen het einde van haar legislatuur, dus na vijf jaar, in evenwicht te brengen – of alleszins binnen de normen van Europa te laten uitkomen.

Voor “Groen” is dat dus veel te hoog inzetten. Als mijn bankrekening op het einde van de maand systematisch rood kleurt, dan moet ik maatregelen treffen. Het gaat er dan niet om of ik te hoog of te laag inzet: de rode kleur op het einde van de maand moet verdwijnen.

Wat had deze regering dan moeten doen? Beloven dat ze ‘inspanningen’ zou doen, zonder naar een echt begrotingsevenwicht te streven? Wedden dat “Groen” dan zou gekrijst hebben over te lage ambities? Maar nu ze beloofd heeft om op nul uit te komen, heeft ze te hoog ingezet?

Door zo te laveren, drijft ‘Groen’ het hele begrotingsverhaal in een moeras, waarin ze altijd wel iemand kan laten verdrinken. Als er teveel wordt bespaard om de norm te halen, is de regering te hardvochtig. Als ze te ver van het doel verwijderd blijft, heeft ze niet doeltreffend gehandeld. Maar het resultaat is altijd hetzelfde: de regering faalt. Wat is dan het door “Groen” beloofde alternatief? Want die partij beweert toch altijd dat het anders kan? Waar zit het alternatief dat “Groen” zogenaamd aan experts heeft voorgelegd – terwijl ze intussen Muyters kwalijk neemt dat hij niet méér geld uittrekt voor de opname van vluchtelingen? Nog meer geld dus, nog meer uitgaven…voor de lievelingen van “Groen”, welteverstaan. Dàn mag het wel. Ook al vindt 95% van de bevolking dat het nu welletjes is geweest.

Zulke politieke zwierebollerij zet heus geen zoden aan de dijk. Het is ook geen goede oppositie – iets wat ik overigens helemààl mis in deze legislatuur. Het is geniepig met het vaatje rondsluipen om op elke slak wat zout te strooien, zodat je in de verkiezingscampagne, die er zit aan te komen, altijd mee kunt praten. Maar beleidsgerichte oppositie is dat niet. Het is slinkse hoorndragerij.

Heeft Dewever dan niet te hoog ingezet?

Ja en neen.

Neen, omdat hij volkomen gelijk had een begrotingsevenwicht te willen.

Ja, omdat hij duidelijk de taaiheid van de Belgische graaipotcultuur onderschat heeft. Decennialang was de staatskas voor zowat iedereen in dit land de onuitputtelijke bron van bijkomende middelen. Voor de vakbonden, voor de werkgevers, voor de ziekenfondsen, voor de organisaties voor thuisverzorging, voor de ziekenhuizen, voor de politieke partijen, voor de kranten. Het rijtje is haast eindeloos.

Mettertijd is de bevolking deze graaipotfunctie normaal gaan vinden. Nu – toegegeven – Di Rupo in de vorige regering al her en der manifeste verspillingen heeft weggesnoeid, moet het echte besparingswerk gaan beginnen: het doen ophouden van de graaipotfunctie van de staat. En daar is het, dat N-VA vastloopt. Niet omdat haar bedoeling fout zit. Een staat ombouwen tot een efficiënte machine die de belangen van haar bevolking dienstbaar is, is niet alleen nobel, doch in deze tijd van open grenzen pure noodzaak. De bevolking zelf is evenwel niet mee. Ze zit nog in de graaipotmodus. Daarbij wordt ze trouwens opgestookt door groepen die belang hebben bij het voortduren van deze graaipotcultuur. Iedereen kent ze en ze werden hierboven al deels opgenoemd.

Anders gezegd: de verandering die N-VA beoogt is alleen mogelijk als de neus van de bevolking in een andere richting wijst dan vandaag het geval is. Als de bevolking ervan overtuigd raakt dat de staatskas géén graaipot is, maar dat het staatsgeld nodig is om een efficiënte staat te laten functioneren – dit in ieders belang.

Om die neuzen te richten moeten we naar de basis grijpen: naar de opvoeding, naar het onderwijs, naar de media – deze laatsten zelf mede debet én belanghebbende partij en daarom niet geneigd tot positieve medewerking. Precies op dit punt kan een ware oppositie een heilzame rol vervullen.

Ik ben bang dat men ter linkerzijde – SPA en Groen – te veel vastzit in dromerige ideologieën en te weinig oog heeft voor een realistische staatspolitiek.

In ieder geval zal sluw doch dubbelzinnig spel geen baat brengen. Ook niet als het van “Groen” komt.

 

Jaak Peeters

Maart 2016

One thought on ““Veel te hoog ingezet’

  1. Eindelijk legt men hier de vinger op de rood-groene wonde. Deze partijen zijn voor als het hun uitkomt en tegen evenzeer als het hen uitkomt. Bovendien zijn deze partijen en hun aanhangsels de structuren die de bevolking (het volk) bij de neus nemen. Ze zijn de eersten om hun mannetjes (vrouwtjes) op postjes te installeren die poen in ‘t bakske brengt. Denk aan ex-Sabena, De Lijn, en andere. Als de verkiezingen in aantocht zijn, dan hebben ze het over kinderbijslag, werkloosheidsvergoeding, pensioenen en … het is nooit genoeg om zand in de ogen te strooien van de gewone man (want die hebben de Groen! en de rooien nodig in het stemlokaal). Dat is het enige alternatief die deze partijen hebben … omdat ze eigenlijk geen alternatief hebben. Want, telkens er de rooie partij, al of niet in de regeringen vergezeld van groenj!, heeft deel genomen aan de regering, is er een gat in de begroting om u tegen te zeggen. Bij verkiezingscampagnes legt men dat dan uit dat het is voor … inderdaad kinderbijslag …enz.en dat ze toch zo hun best gedaan hebben om de lmensen te ontzien…. Al een pak jaren heeft men er nu ook nog het magische woord jobs, jobs, jobs aan toegevoegd. Uit de mond ven Genez klinkt dat dan zops, zops, zops. Het woord belangrijk speelt ook een grote rol. Telkens iemand van bovenvermelde partijen aan het woord komt, begint zijn tirade met …”Het is belangrijk”… Eigenlijk moeten ze zo beginnen omdat hun partij eigenlijk niks belangrijks aan te bieden heeft tenzij de goedkope, misleidende slogans voor Zops, zops, zops, onze kinderen en kleinkinderen, leefloon (vroeger dopgel of zo iets), pensioen. PS Het is duidelijk dat de vergrijzing en het zilverfonds (of is het Zilveren Fons) ook zo’n joekels van slogans zijn waar niets anders dan lucht, lucht en nog een keer lucht in zit.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *