Het is Europa niet.

Er is nogal wat te doen over de uithaal van Paul Magnette naar Olli Rehn, de hoekige Finse eurocommissaris voor begroting. Die had kritische vraagtekens geplaatst bij de Belgische begroting en dat was niet bepaald naar de zin van Magnette. In eigen land meende Bart De Wever de kaart van de eurocommissaris te moeten trekken, maar het is erg twijfelachtig of hij daarmee het gelijk aan zijn kant heeft.

Het is immers waar dat de Europese commissie zich met letterlijk alles en nog wat bemoeit en zich de laatste tijd niet door enige vorm van schroom voor de nationale soevereiniteit van de lidstaten laat weerhouden: ze walst doodgemoedereerd over de nationale regeringen heen, alsof zijzelf de enige instantie met recht van spreken is. Dat laatste is evenwel helemaal niet waar: Europa bezit nauwelijks enige democratische legitimiteit en zou er beter aan doen zijn eigen subsidiariteitsdiscours ernstig te nemen en zich zodoende wat bescheidener op te stellen. Europa steunt natuurlijk op een aantal zogeheten verdragen, maar die werden meestal onderschreven zonder diezelfde democratische ondersteuning, die Europa als geheel mist.

Deze analyse moge kloppen, ze mist toch de kern van de zaak in deze kwestie.

Deze kern luidt: in vrijwel geen enkele land van de constructie die zich ‘Europese Unie’ noemt, is de begroting onder controle. Overal hebben de regeringen enorme schuldenbergen opgebouwd die een loodzware hypotheek leggen op de toekomst van de Europese volkeren en de euro haalt die bergen nu voor het daglicht.

Elke goede huismoeder weet dat je nooit meer mag uitgeven dan je in je portemonnee hebt. Als je dat toch wil doen moet je dat niet alleen goed beredeneren, maar bovendien moet het om iets buitengewoons, iets heel bijzonders, iets groots gaan. Iets waar een hele gemeenschap trots op kan zijn of tenminste zichzelf als één blok rond kan scharen en zich als één man of vrouw aan op kan trekken. In zulke gevallen investeert een gemeenschap zoals dat zo mooi heet, en mag zij verhopen dat de erfgunsten van het project op genereuze wijze aan de toekomstige generaties ten deel zullen vallen.

We noemen er een paar.

Het graven van de haven van Zeebrugge was zo’n project. Er zullen er maar weinigen zijn die willen ontkennen dat deze investering haar geld opbrengt. Een ander voorbeeld, in Nederland, waren de deltawerken. Weliswaar wordt daarmee geen geld verdiend, maar groot onheil wordt voorkomen. ‘Negatief investeren’ zullen we het maar noemen.

En voorts? Kunnen we even een lijstje maken van de grootse projecten van de laatste twintig jaren? De HST misschien? Kan iemand zwart op wit bewijzen dat deze gigantische investering haar geld zal opbrengen? De installatie van de Europese Unie zelf? Of die geld opbrengt is niet meteen duidelijk, maar dat ze niet slaagt in haar eigenlijke opdracht, nl. dat te doen wat de nationale staten alleen niet kunnen, wordt met de dag wel duidelijker. Quid de euro? En is de crisis niet op de allereerste plaats een crisis…in Europa? Heeft Europa meer veiligheid gebracht – negatieve investering dus? Er is de ESA, maar het machtige Europa slaagde er nog steeds niet in op eigen krachten een man in de ruimte te brengen. Russen en Amerikanen doen dit inmiddels al een kwarteeuw lang; de Chinezen nu intussen een jaar of drie. Heeft Europa een nieuwe, revolutionaire brandstof ontwikkeld? Neen, dus…

Tja: het wordt een beetje ongemakkelijk, want er staat nog steeds niets op ons lijstje van grootse nationale of internationale projecten. Het wordt moeizaam zoeken blijkbaar.

Waar hebben de politici zich de laatste twintig jaar dan voornamelijk mee onledig gehouden? Zij hebben toch ‘beleid’ gevoerd en zorg gedragen voor het wel en wee van hun bevolking?

Laten we het heel wrang zeggen: dat Europa zich thans (veel te) hooghartig en arrogant kan opstellen en de democratische en in ieder geval vele malen legitiemere nationale regeringen onder curatele kan plaatsen, ligt op de eerste plaats aan het falen van de nationale politieke elites.

Die hebben Europa altijd aangezien als de ultieme carrière-uitweg of zelfs als het kennelijk minuscule schaamlapje om het eigen onvermogen tot het opbouwen van een fatsoenlijk beleid achter weg te stoppen.

De politieke elites zijn bezig geweest met het sinterklaas spelen. Vooral de sociaaldemocratie is hier in de fout, al hebben de anderen de hele tijd kritiekloos meegefeest. Het was allemaal voor de mensen, zoals een partijvoorzitser zo karakteristiek kon zeggen. De sociaaldemocratie – zeg maar: het werkelijk bestaande socialisme van de politieke elites – heeft de indruk doen ontstaan dat het geld nooit op kon en dat de kas onuitputtelijk is. Om hun gulle beloftenpolitiek vol te kunnen houden, moesten ze de bodem uit de staatskas halen, om zo onder die bodem naar geld te kunnen graaien. De anderen hadden vervolgens geen keuze: ze moesten hetzelfde doen om op te kunnen boksen tegen de aanbiedingen van de socialisten. Op die manier is een enorme schuldenberg ontstaan, die eigenlijk slechts één echt doel had: de heersende politieke elites verzekeren van een blijvende werkzekerheid.

Magnette heeft gelijk dat hij kritiek levert op de almachtige bemoeizucht van de Europese commissie, maar hij is zowat de laatste die recht van spreken heeft. Hij staat namelijk midden in de sociaaldemocratie die de politieke ruimte veroorzaakt heeft die door de Europese commissie nu wordt ingenomen.

Natuurlijk lost het niets op om nu maar alle heil van Europa te verwachten. Het is namelijk duidelijk wat er daar gebeurt: de ECB zit op een berg waardeloos schuldenpapier. Door het opstapelen van schulden van verschillende oorsprong wordt het probleem helemaal niet opgelost, wellicht integendeel. Want wie een bergt creëert waar niemand nog over kan zien, schuift elk geloof in de bereikbaarheid van een uiteindelijke oplossing nog verder over de horizon. En ook de ECB kan waardeloos papier niet omtoveren tot financieel manna.

De problemen waar we mee worstelen in zowat heel Europa hebben helemaal geen Europees karakter. Ze zijn nationaal, in de volle zin van het woord en ze kunnen alleen nationaal worden opgelost.

Daartoe moet op de eerste plaats de in Europa om historisch begrijpelijke redenen weids verspreide sociaaldemocratie zodanig van natuur veranderen, dat er ruimte en wil ontstaat om een toekomstgericht en begrotingstechnisch orthodox beleid te voeren.

Als zo’n beleid er zou komen, zouden we merken dat Europa helemaal niet de oplossing voor alle problemen is, waarvoor geëxalteerde euronationalisten als Verhofstadt het houden.

 

Jaak Peeters

Jan 12

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *